Naar de top & Alleen zijn

Als je wilt leren hoeveel 1 + 1 is, zijn er veel mensen die je dat kunnen vertellen. Als je 2 + 2 als 5 uitrekent zal je door je omgeving behoorlijk gespiegeld kunnen worden. Krijg je feedback over de fouten die je maakt. Naarmate de sommen ingewikkelder worden zal dat echter steeds meer afnemen. Hoeveel feedback kan een wiskundeprofessor nog in zijn directe omgeving vinden met betrekking tot de vraagstukken waarmee hij aan het stoeien is? Hoe meer de professor zich in zijn vakgebied ontwikkeld, hoe beter hij zich bekwaamd, des te meer hij alleen zal komen te staan.

Als je groeit, naar de top gaat, is dat een gebied waar je terecht komt. Een gebied waar je alleen bent. In de meest letterlijke zin kun je dat bijvoorbeeld ook bij bergbeklimmers zien. Stel je maar eens voor dat je de Mount Everest beklimt. Je begint met een expeditie waarmee je een basis kamp vormt. Je wordt geholpen door sherpa’s die dragen. Vervolgens ga je door om een volgend kamp op te zetten. Het wordt steeds stiller, steeds minder mensen gaan mee en het laatste stuk zal je echt helemaal zelf, zonder hulp, moeten doen. Met jezelf kom je aan de top.

Op top niveau is leven en werken alleen zijn.

Misschien vraag je je af “Wat heeft dat nu met mij te maken? Ik ben toch geen wiskundeprofessor of bergbeklimmer op de Mount Everest?”. Je kijkt misschien om je heen en ziet mensen die hetzelfde doen als jij, die in dezelfde omstandigheden zitten. Je bent niet alleen. Jouw top is toch niet alleen?

Neem nou eens een schaatser die op de absolute top zit. Een schaatser die wereldrecords rijdt. Hij of zij is helemaal alleen. Heeft niemand om zich aan te spiegelen. Niemand om het kunstje van af te kijken. Want tenslotte is hij of zij de eerste die dat wereldrecord gaat rijden. Nog nooit heeft iemand anders dat gedaan. Niemand kan het je voor doen (want dan was het geen wereldrecord). Als jij gaat schaatsen dan ben je niet alleen. Dan rijdt je rondjes op de ijsbaan met allemaal mensen om je heen die dat net zo goed kunnen. Die ook hun rondjes rijden.

De vraag komt boven of het “alleen zijn” dan ook alleen maar geldt voor mensen die de absolute top bereiken of speelt diezelfde vraag ook in ons eigen leven?
Als je wat dieper gaat kijken naar het leven van die topsporter die een wereldrecord bereikt zal je zien dat alles in zijn/haar leven daarop afgestemd is. Waak en slaap ritmes, dagindeling, voeding, sociale omgeving, training, etc. Alles is zodanig ingericht dat dat wereldrecord bereikt kan worden. Als daar iets niet in klopt dan wordt ook het wereldrecord niet bereikt.

Je kan je blik op dat leven ook omdraaien. Doordat het leven van de topsporter is ingericht op een bepaalde manier kan de topsporter een wereldrecord bereiken. Als je van daaruit naar je eigen leven kijkt kun je je afvragen waartoe jouw leven is ingericht. Wat is jouw record, jouw top die je door de indeling van je leven kunt bereiken? Wat is het punt in je leven waarin je, als je alles in je leven bij elkaar optelt, helemaal uniek bent? Wat is het punt waarop je helemaal alleen bent? Het punt waar er nog alleen maar jou is?

En als je kijkt vanuit het punt wat je wilt bereiken, hoe zou je dan je leven moeten inrichten om jouw top te bereiken?

De top bereiken is niet een geïsoleerd punt, een éénmalige prestatie. De top bereiken is een combinatie van alles in je leven. Van je leven afstemmen op wat je wilt tot het punt waarop je helemaal alleen bent. Daarvoor moet je vooral niet bang zijn om alleen te zijn. Niet afstemmen op je omgeving om uit te vinden hoe het hoort, want als je gaat doen wat anderen vertellen kom je uiteindelijk niet tot jouw wereldrecord. Dat is immers wat anderen ook al konden en weten. Dat brengt je niet tot jouw unieke prestatie. Wel kan je uitvinden wie je bij zou kunnen staan, je kan lessen leren, je kan spiegelen maar uiteindelijke kom je op een punt dat het alleen nog maar op jou aankomt. De top bereiken, dat is het punt waar alleen jij het nog maar kan doen. Niemand anders. En dat is best eng.

Onderweg zijn, zoeken naar die top, dat is groeien. Je loopt tegen van alles en nog wat aan. Je eigen beperkingen, je angsten, je valkuilen, etc. En steeds kan je weer een beslissing nemen wat je ermee doet. Hoe je er mee omgaat. Je zou dat uit de weg kunnen gaan. Maar het is niet voor niets dat jij dat op je pad tegen kwam. Want juist omdat je onderweg bent kom je dat tegen. Dus misschien moet je er wel door heen. Hoezeer het soms ook niet bij je pad lijkt te horen.

Onderweg zijn op je pad is soms ook niet begrepen worden door je omgeving. Hoort dat nou wel wat je doet? Is dat nou wel verstandig? Zou je niet de geëffende en gebaande paden nemen?
Dat mag je omgeving vinden. Zij kennen jouw unieke pad niet en zullen zich daar soms moeilijk in kunnen verplaatsen. Aan jou is het om je pad te lopen en daar helder over te zijn. Zodat je omgeving begrijpt hoe belangrijk dat voor jou is. Naar de top gaan is vrij worden van je omgeving zonder contact te verliezen. Je eigen vrijheid zoeken.

Wat het meest ingewikkeld is aan het bereiken van de top is, is dat die top niet bestaat. Soms is er een duidelijke top die voor je ligt. De baan of het wereldrecord dat je wilt bereiken. Je hebt dan een duidelijke richting te gaan. Maar als je die top hebt bereikt dan houdt het leven niet op. Dan ga je gewoon weer op weg naar een nieuwe top en als die op een heel andere berg ligt, dan ga je door een dal om die nieuwe top te bereiken. Een ook in dat dal is het alleen. Want dat is jouw weg.

Tot slot

Alleen zijn is niet eenzaam zijn. Alleen zijn is niet op een onbewoond eiland zitten. Alleen zijn is niet afgesloten zijn van of voor je omgeving. Juist vanuit je alleen zijn sta je open voor je omgeving. Ben je in relatie met je omgeving. Laat je die omgeving toe. Integreer je alles wat je van je omgeving kunt leren. Geef je jezelf.
Stel je die professor nog maar eens voor die uitblinkt in wiskunde. Is het niet schitterend als juist hij zijn waarde aan zijn omgeving kan meegeven? Als deze man openstaat voor de sommen waarmee wij gewone rekenaars aan het stoeien zijn?
Stel je de president aan de top van een multinational maar eens voor. Wat zou er gebeuren als deze man niet meer weet wat er op de werkvloer speelt? Geen contact meer heeft met de werkvloer? Als hij geen verbinding met de gewone management lagen meer heeft om deze mee te nemen in de missie of strategie waar hij invulling aan geeft?

Alleen zijn is vooral in vol contact met de wereld zijn.